Godzilla
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:01:03
Het plant zich vanzelf voort.
We moeten 't nest snel vinden.

1:01:10
Anders hebben we er straks twaalf,
die ook eieren kunnen leggen.

1:01:16
- Hun aantal kan snel toenemen.
- We doden het monster eerst.

1:01:21
Dat is misschien al te laat.
De eieren komen snel uit.

1:01:26
- Hoe weet u dat?
- Door de vissen in de ondergrondse.

1:01:32
Het was niet allemaal voor hem.
Hij verzamelt voer voor z'n jongen.

1:01:41
Weten we iets over deze vent?
1:01:45
Professor Nick Ta ... Tato ...
1:01:49
Ze noemen 'm de wormenman.
1:01:56
Blijf op deze zender.
1:01:59
Waar zat je?
Jouw reportage komt meteen hierna.

1:02:05
- Zet 'm harder.
- Kun je de tv harder zetten?

1:02:09
Als dr. Tatopoulos gelijk heeft,
moeten we snel zijn.

1:02:13
Wilt u de helft van de manschappen
vergooien aan een wilde theorie?

1:02:17
- Nick heeft ons goed geholpen.
- Geholpen?

1:02:20
U kon dat beest niet eens
uit Manhattan weghouden.

1:02:25
Heren, 't lijkt me goed
om dit even te zien.

1:02:29
Meer over Manhattans
nieuwe plaag.

1:02:37
Godzilla. Zo noemden Japanse zeelui
'n mythologische zeedraak, -

1:02:43
- die hen grote schrik aanjoeg.
1:02:46
- Hij heeft mijn reportage gejat!
- De mythe is nu werkelijkheid.

1:02:50
- Dit is niet te geloven!
- Wie is die Godzilla?

1:02:56
Het is Gojira, imbeciel!
1:02:59
Het spoor leidt van Manhattan
naar Frans Polynesiƫ, -


vorige.
volgende.