1:02:08
- Vindt u Cosette leuk ?
- Ik wil haar meenemen.
1:02:12
Ik ben weg van dat kind.
Echt waar. En ik ben erg arm.
1:02:19
Ik heb meer dan 400 frank betaald
voor medicijnen.
1:02:23
Ik heb weinig hersens,
maar wel een groot hart.
1:02:28
- Meer dan 400 frank, zei u ?
- 500.
1:02:34
500. Alstublieft.
Ik wil meteen vertrekken.
1:02:39
Haar moeder liet haar hier achter.
Ik kan haar niet weggeven.
1:02:44
- Hoeveel ?
- Het is geen kwestie van geld.
1:02:48
U hebt 't recht niet. Al bood u 1200
frank, dan deed ik het nog niet.
1:02:56
Ik zou al m'n schulden kunnen
aflossen met 1500 frank, maar...
1:03:02
Nee, ik kan dit niet doen.
Het is tegen de wet.
1:03:07
- Het zou onrechtmatig zijn.
- Nu niet meer.
1:03:13
Haar moeder heeft me toestemming
gegeven haar mee te nemen.
1:03:36
Cosette, vlug.
1:03:53
- Moeten we naar Parijs lopen ?
- Ben je moe ?
1:03:56
- Nee hoor, monsieur.
- Noem me maar geen monsieur.