:10:01
	Hier zijn twee goudstukken.
Ik geef je er nog twee als ik 't zie.
:10:04
	Ik laat je hangen voor zakkenrollen.
:10:06
	Bevel van de koningin.
Ze houdt van 'n komedie.
:10:09
	En de ceremoniemeester
is ons gunstig gezind.
:10:11
	Welke gunst heeft meneer Tilney
van jou gekregen ?
:10:14
	- Vraag 't hem.
- Ze komt !
:10:41
	Stop met overtuigen, dierbare Proteus.
:10:52
	Wanneer schrijf je 'n sonnet voor me ?
:10:54
	- Ik ben m'n talent kwijt.
- Je liet 't in mijn bed achter.
:10:57
	Kom het maar halen.
:11:05
	Wil jij mijn muze zijn, Rosaline ?
:11:09
	Burbage betaalt me...
:11:12
	maar jij hebt m'n hart.
:11:16
	De teringlijders spannen samen tegen mij.
:11:18
	Will Shakespeare heeft 'n stuk.
:11:20
	Laten we ons erdoor hoesten.
:11:24
	M'n vader huilt, m'n moeder klaagt...
:11:27
	onze meid jammert,
onze kat is ten einde raad.
:11:32
	Nog heeft deze onverschillige straathond...
:11:35
	geen traan geplengd...
:11:50
	Zie je ? Komedie.
:11:54
	Liefde, en een deel met een hond.
:11:56
	Dat is wat ze willen.