:36:01
-Hoe weet je dat?
-Als crimineel weet je dat.
:36:05
Wie is die nieuwe?
:36:08
Misschien een nieuwe adviseur.
:36:11
-Hij is belangrijk voor de familie.
-Zoek uit wie hij is.
:36:20
M'n patiënten drinken nooit whisky
tijdens een sessie.
:36:26
Fijn om te weten,
als ik nog 's aan een quiz meedoe.
:36:30
-Vertel eens wat over je vader.
-M'n vader. Tja.
:36:34
Ik ga hier zitten.
:36:36
M'n vader.
:36:39
Hij was een belangrijk man
in de buurt. God hebbe zijn ziel.
:36:43
-Is hij overleden?
-Ja, anders zeg ik dat toch niet?
:36:48
-Ik was toen twaalf.
-Hoe is hij gestorven?
:36:52
-Aan een hartaanval.
-Hadden jullie een hechte band?
:36:56
Jazeker, al waren er in die tijd
ook wel wrijvingen.
:37:02
-Ik had toen een eigen borgata.
-Wat is dat?
:37:06
Een jeugdbende.
Dat vond hij maar niks.
:37:10
-Hij gaf me wel eens een oplawaai.
-En toen?
:37:14
-Toen ging hij dood.
-Hoe voelde je je toen?
:37:17
Fantastisch.
Wat is dat voor een vraag?
:37:20
Denk eens na.
Was je boos, bang, verdrietig?
:37:24
-Alledrie wel.
-Voelde je je schuldig?
:37:28
-Ik had hem niet vermoord.
-Dat weet ik.
:37:32
-Wilde je dat hij doodging?
-Waarom zou ik dat willen?
:37:37
Jullie hadden ruzies
omdat je tegen hem in opstand kwam.
:37:43
-Oedipus dus.
-In normale taal, graag.
:37:46
Oedipus doodde z'n vader
en trouwde met z'n moeder.
:37:50
-Walgelijk.
-Elk kind voelt die wens.
:37:54
Jongetjes willen hun vader vervangen
om hun moeder te bezitten.
:37:59
-Dus ik wou m'n moeder naaien?
-Een oerdrang.