1:30:00
Je wil niet luisteren, hè?
- Dood me of laat me praten.
1:30:09
Goed, wil je praten?
Kom maar mee.
1:30:18
Het is nu of nooit.
Praat!
1:30:21
Kom, we laten ze alleen.
- lk wil horen wat ie zegt.
1:30:31
Waarom ben je hier?
1:30:36
Je was je kleren vergeten.
- lk heb kleren genoeg.
1:30:47
lk weet dat je van Chinese rijst
houdt. Warm 't maar even op.
1:30:55
Wil je het goedmaken met rijst
en kleren?
1:31:02
Dat is niet alles.
1:31:13
ln elke fles zit een briefje.
- O ja? Wat staat erop?
1:31:18
lk ben verliefd. lk mis je.
Vier woorden of minder.
1:31:22
lk kreeg er kramp van.
1:31:26
Waarom al die moeite?
1:31:28
Als je er duizend dollar in doet,
krijg je ook mijn aandacht.
1:31:43
Zeg dat je van me houdt.
1:31:47
lk hou van je.
- Sinds wanneer?
1:31:51
Toen je m'n portemonnee
doorzocht.
1:31:55
Toen we die vallende ster zagen,
wat heb jij toen gewenst?