Limbo
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:40:03
Je zou me kunnen helpen.
1:40:05
Hij is mijn vader niet.
1:40:06
- Godzijdank.
- Wat bedoel je ?

1:40:09
Je vader zou bessen gaan
plukken en nooit terugkomen.

1:40:13
Dat is niet waar.
1:40:14
Weet jij veel.
Je hebt 'm twee keer gezien.

1:40:17
Dat mocht niet van jou.
1:40:18
Liefje, hij denkt nooit aan je.
1:40:21
Met kerst. Hij stuurde een fiets...
1:40:23
... een horloge, een poppenhuis... .
1:40:25
Ik heb die fiets gestuurd.
1:40:32
Ik heb het horloge gestuurd. Alles.
1:40:37
Toen je klein was, had je
de paashaas en de kerstman.

1:40:42
Je moest een vader hebben
die cadeaus stuurde.

1:40:48
Ik haatte dat poppenhuis.
1:40:50
Dat weet ik, liefje.
1:40:54
Ik mocht het niet ruilen
omdat het van hem was.

1:41:07
"lk had hen gevonden.
1:41:10
Het was tijd
om de hokken uit te mesten...

1:41:13
... dus ik had
emmers en spaden bij me.

1:41:16
Ik zag overal bloed in de sneeuw.
1:41:19
Ze waren allemaal verscheurd,
zelfs mijn jongen.

1:41:24
Een beer, zegt papa.
1:41:25
Maar hoe kan een beer
in zes hokken komen...

1:41:28
... zonder de deuren
kapot te maken ?

1:41:31
Moeder zegt niets.
1:41:34
Ze verroert zich niet meer
en weigert Kerstmis te vieren.

1:41:39
Ik droomde dat Fox kwaad was
om wat er gebeurd is...

1:41:42
... dat hij me in de sneeuw drukte
en ik zijn hete adem voelde.

1:41:48
Ik proefde hem bitter
in mijn keel...

1:41:50
... en voelde zijn ogen
door me heen priemen.

1:41:54
Ik wilde...
1:41:58
... ik wilde dat hij kwam.

vorige.
volgende.