:25:18
We zijn hier om de mensen te
doden en het woud te redden.
:25:22
Waarom zijn er mensen hier ?
:25:24
Het meisje is San, mijn dochter.
:25:26
De mensen zijn overal. Ga terug
naar je berg en doodt hen daar.
:25:33
Wij doden voor het woud
van de Bosgeest.
:25:36
Waarom is er een mens hier ?
:25:39
De Bosgeest heeft heb genezen.
We moeten hem teruggeven.
:25:43
De Bosgeest redde hem ?
Genas zijn wond ?
:25:50
Waarom redde hij Nago niet ?
:25:53
Is hij niet de bewaker van het woud ?
:25:56
De Bosgeest geeft leven,
en neemt het.
:26:01
Hebben jullie beren dat vergeten ?
:26:05
Nee ! Je smeekte de Bosgeest voor hem.
:26:09
Je smeekte niet voor Nago !
:26:12
Hij was bang voor de dood...
Ik draag, zoals hem...
:26:16
... een giftige menselijke steen.
:26:20
Nago vluchtte. Ik blijf en
beschouw mijn dood.
:26:25
Ga naar de Bosgeest !
:26:27
Ik heb lang genoeg geleefd, San.
:26:30
De Bosgeest zal mijn leven nemen.
:26:34
Neen, moeder ! Je hebt de
Bosgeest beschermd.
:26:37
Je liegt ! Nago was mooi en sterk.
Hij zou nergens voor vluchten.
:26:43
Jullie wolven hebben
hem opgegeten !
:26:46
Stilte ! Je lastert mijn moeder !
:26:49
Hoor me, o wilde berggoden.
:26:53
Ik heb Nago gedood.
:26:57
Hij was een demoon geworden en
viel ons dorp aan.