:44:31
	Ik zal je hart verslinden.
:44:37
	Daar is ie.
:44:38
	Die moet echt te gekke banden
hebben met de duistere kant.
:44:44
	Wie is die kerel ?
:44:45
	Eén van z'n volgelingen of zo.
:44:49
	Die vent ligt wel heel diep in slaap.
:44:54
	Volgens mij werd
onze duivel net bestolen.
:44:56
	Maken we 'm wakker ?
- Ga je gang maar.
:45:02
	Wakker worden, duivel van me.
:45:05
	Iemand stal net al je spullen.
- Wat ? Waar ?
:45:11
	Welke kant ging ie op ?
- Die kant.
:45:15
	Geef m'n fles terug.
- Zag je dat vuur spugen van 'm ?
:45:19
	De Prins der Duisternis
is gearriveerd.
:45:34
	Ik heb 'n pepermolen
en 'n zilver dingetje uit Afrika.
:45:41
	Zie je iets naar je zin ?
:45:42
	Ik wil m'n fles terug.
- Noem je me een dief ?
:45:45
	Ik zeg alleen dat je mijn fles hebt.
- Dan moet ik toch een dief zijn ?
:45:51
	Geen idee.
- Nou ben je te ver gegaan.
:45:53
	Je bemoeit je met mijn handel.
- Een beetje zachter graag.