1:31:42
Wat is er aan de hand ?
- Dat zal ik je zeggen.
1:31:46
Wat doe je ?
- Wat denk je ?
1:31:48
We hebben wat afgesproken.
1:31:51
M'n zoon wil niet met me praten,
of me aankijken.
1:31:57
Je hebt 'm tegen me opgezet.
- Nee, ik laat 'm juist vrij.
1:32:02
Zoek een baan.
- Zonder auto ?
1:32:04
Neem de bus, net als ik.
- Ja, dag.
1:32:07
Je kunt hier niet blijven.
- Dit is ons huis, ons bed.
1:32:12
Je hebt gedronken.
- Kus me. Hou op.
1:32:20
Wat heb jij nou ?
- Je moet weg.
1:32:26
Zet af, of je krijgt een beuk.
- Zeg dat niet.
1:32:30
Ik zeg wat ik wil.
- Dat niet.
1:32:33
Ik ben dit goed zat.
Wat ga je doen ?
1:32:38
Je was een stuk leuker
met een paar borrels op.
1:32:42
Wil je me weg hebben ? Ik ga al.
1:32:51
Ik heb een fout gemaakt.
1:32:59
Iedereen maakt fouten.