1:19:00
Ze voelt zich niet lekker. Ik heb haar
boven gebracht. Dit heeft ze soms.
1:19:06
Vreemd. Er is een dokter.
- Nee, 't is zo weer over.
1:19:10
Ik heb hemofilie.
1:19:12
Lieve hemel, bloed je ?
- Waarom zou ik bloeden ?
1:19:15
Haar nek. Deed je nek geen...
- Ja, maar m'n neusgangen openen zich.
1:19:20
Ik help haar. Het is m'n hobby.
Ze heeft champagne op.
1:19:25
Arme ziel, ik haal dokter Henske.
- Het gaat wel. M'n cortison, Ray.
1:19:30
Heb ik die ?
- M'n pillen.
1:19:32
Ik wil toch dat dokter
Henske even kijkt.
1:19:35
Nee, ontspan je. Benen omhoog,
ik haal dokter Henske.
1:19:44
Dat is op de tv.
- Het weer ook. Hou je bij 't weer.
1:19:48
Ik dacht slim te zijn.
1:19:50
Heel slim, nu word je onderzocht.
- Waarom ? Ik ben net geweest.
1:19:54
Jezus, ik heb geen tijd
meer. Ze komen zo terug.
1:20:05
Ik zie het verschil niet meer.
- Dan moeten ze allebei mee.
1:20:09
Dat kan niet. Als ze zien
dat de ketting weg is...
1:20:13
... dan worden wij verdacht,
en ga ik de bak in.
1:20:17
Zeker met jouw DNA.
- Wat heeft dat ermee te maken ?
1:20:22
Kies nou. Ze kunnen elk moment komen.
1:20:39
Toe nou.
1:20:47
Meer weet ik ook niet, dokter.
Ze is hier, komt u maar.
1:20:53
Dit is dokter Henske.
1:20:55
Wat is er aan de hand ?
- Vals alarm, een opvlieger.
1:20:59
Door de overgang. Ik herken dit.