1:01:10
Wat een uitschot.
- We kunnen hier elke week huishouden.
1:01:15
Misschien hadden ze iets gemeen.
1:01:18
Dit is een grote boef,
deze twee zijn boefjes.
1:01:22
Dat is de overeenkomst.
De enige goede boef is een dode boef.
1:01:27
Mag ik die gasten koud maken ?
Om het goed te maken.
1:01:32
Ik heb hier lang op gewacht.
- Toe nou.
1:01:35
Laat die jongen nou.
1:01:39
Dit is het echte werk.
Slechte man, dode man.
1:01:46
Goed geschoten, slecht geschoten.
1:02:03
We hebben ook nog eens te maken
met mysterieuze kogels.
1:02:07
De middelste man
is met twee wapens vermoord.
1:02:11
Maar deze vent is gedood
door kogels afkomstig uit wapen A.
1:02:17
En die vent door kogels uit wapen B.
1:02:20
Maar de technische recherche
heeft twee kogels uit B bij A gevonden.
1:02:26
En aan deze kant hetzelfde verhaal.
1:02:33
Hoe kan dat gebeurd zijn ?
1:02:36
Dat is vreemd. Ik heb geen idee.
1:02:39
Ik kan niet meer nadenken. Ik ben nog
uitgeput van die toestand in dat café.
1:02:45
Wat voor toestand ?
- Een schietpartij.
1:02:49
Drie doden in een café,
de dader is voortvluchtig.
1:02:54
Waarom weet ik daar niets van ?
- Er zijn geen overeenkomsten.
1:02:59
Wie zijn de doden ?
- Een paar kruimeldiefjes en de kelner.