The Kid
prev.
play.
mark.
next.

1:13:01
Wacht even.
1:13:03
Er is nog iets.
1:13:06
Zoek uit waarom de maan
soms oranje is als hij opkomt.

1:13:10
Ik doe m'n best.
-Bedankt. En welterusten.

1:13:42
kun je mij helpen?
1:13:44
Misschien kom je zo weer thuis.
1:13:47
Tuurlijk.
1:13:52
Als 't maar over mij gaat?
1:13:55
Als ik me maar iets kan herinneren.
1:14:00
Weetje nog dat ik rupsen vang
en in potten stop...

1:14:05
...tot ze zich inspinnen?
1:14:13
En op 'n dag komen ze eruit.
Echt gaaf.

1:14:20
Geen idee. Ga door.
Ik wil nog meer horen.

1:14:25
Vorigjaar, opJosies verjaardag...
1:14:27
...met die Parmezaanse kaas
in mijn neus?

1:14:33
Heb je een zes?
1:14:35
Die heb ik niet.
1:14:38
Een vier?
-Nee, die heb ik niet.

1:14:44
Heb jij 'n zeven?
1:14:49
Vertel verder over pa.
1:14:52
Soms mag ik meehelpen,
de auto repareren.

1:14:56
Maar als ik iets fout doe,
schreeuwt hij tegen me.


prev.
next.