1:32:13
	Dag, knul.
1:32:21
	Dankje wel.
1:32:45
	Ik ben er.
1:32:52
	Ik ben hier. Ik kom zo.
1:32:55
	Vragen: Waarom ben ik niet
op kantoor? En waarom jij niet?
1:33:00
	Waar wasje?
1:33:02
	Heb je m'n pa gebeld?
-Datje kwam verhuizen.
1:33:05
	Bijna 'n hartverlamming,
als datje plan was.
1:33:09
	De tickets naar Hawaïi?
1:33:11
	Twee maal eerste klas.
Om twee uur.
1:33:18
	Heb je 'n pen?
1:33:19
	De namen veranderen.
1:33:21
	Mijn creditcard.
1:33:32
	Wat heerlijk.
-Aloha, Janet.
1:33:34
	Ik ben dol op Hawaïiï.
1:33:37
	Ik ben dol op Hawaïiï.