:37:09
- Kan ik iets doen?
- Ben jij Irene?
:37:11
Nee hoor, alles gaat goed.
:37:15
- Hij gaat net weg.
- Kom je mee naar de bingo?
:37:20
Ik kook niet vaak. Is 't te eten?
:37:28
Het is heerlijk.
:37:32
Het is ongelooflijk wat voor ziektes je
kunt oplopen van voedsel. Eng gewoon.
:37:38
- Hoezo?
- Streptokokken.
:37:41
Een bacterie die heel snel groeit.
Bij een op de tien zit hij in de mond.
:37:47
Het zijn van die dingen
waar je pus van krijgt.
:37:50
Zoals bij een infectie, en er komt pus uit.
:37:54
Als 't in voedsel zit dat je kookt,
verspreidt 't zich vreselijk snel.
:38:00
- Je wordt er zo ziek als 'n hond van.
- Pus?
:38:03
Gaan we naar de bingo?
:38:05
Pa, dit is Irene niet. Dit is Jocelyn.
:38:08
Met kip is 't het ergst. Salmonella.
:38:12
Als je het direct uit het vriesvak kookt.
Maar dat wist je vast wel.
:38:16
Niet eten.
:38:31
Geef me maar 'n stomp.
:38:33
Zo hard als je kunt.
:38:36
Mijn maag is keihard.
:38:38
Stomp dan.
:38:47
Ik heb hem gestompt.
:38:50
Toetje?
:38:57
Ze dansen daar salsa, hè?