:31:00
Naar het toilet.
Die biefstuk wil eruit.
:31:03
Hou 't maar op.
:31:07
Ik zeg toch dat ik moet ?
:31:14
Kunt u me even helpen ?
:31:16
's Kijken wat je hebt.
:31:19
Voor condooms ben je te lelijk.
:31:22
Jij bent erbij.
:31:24
Kijk, 'n lelijke foto van jou.
Ken jij die vent ?
:31:29
Hij kent jou anders wel.
:31:35
Wie is dat ?
:31:38
Ik zou 't niet weten.
:31:43
Goed plan. Bedankt.
- Niet te danken.
:31:45
Had hij 'n wapen ?
:31:48
"Had" is het woord
waar die zin om draait.
:31:58
Wat moet ik met dat lijk ?
:32:01
Weglopen, voordat iemand
denkt dat jij 't hebt gedaan.
:32:22
Moest dat zo hard ?
- Je kan er nog een krijgen.
:32:27
Je zegt dat ik hierheen moet...
:32:38
Hoe staat 't leven ?
- Prima.
:32:40
Mag ik 'n krantje ?
- Ga uw gang.
:32:44
's Even kijken.
:32:46
Bankier verdacht van moord.
:32:50
Deze kranten hebben de trein gemist.
:32:56
Ik heb niet terug van honderd.
:32:58
Ze hebben de trein gemist.
- Ze zijn al weg.