Experiment, Das
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:47:18
Ophouden! Hou op!
1:47:22
Wat moet dat?
Geef hier. Het is toch niet echt.

1:47:25
Jij kutwijf.
1:47:35
De sleutel. De sleutel, vlug.
1:48:10
Jij bent hiermee begonnen.
1:48:33
Jij gore schoft.
Je hebt Schütte vermoord.

1:48:41
Laat dat.
1:48:45
Het is voorbij.
1:48:47
Het is afgelopen.

vorige.
volgende.