Heist
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:51:05
Jij ook.
:51:37
Goede morgen.
:51:48
Het is het zuur.
:51:50
Het is niet het zuur, het is het asfalt.
Ik wordt er ziek van.

:51:53
Hoe kunnen ze daar de hele dag in werken?
:51:57
- Heb je wat Rolaids?
- Wil je een Alka Seltzer?

:51:59
- Mijn dokter zij dat ik niet moet drinken.
- Dat moet je dan niet doen.

:52:06
Hetzelfde verhaal waar je ook gaat.
:52:12
Weet je....
:52:16
Oh, nee.
:52:18
- Ken ik jouw?
- Nee. Alsjeblieft, alsjeblieft.

:52:22
- Wat?
- Ontsla me alsjeblieft niet.

:52:26
- Wat bedoel je?
- Ontsla me niet.

:52:29
Ik zag je in de bar.
Jij bent van de FAA.

:52:43
Mevrouw Croft, u drinkt onder werktijd.
Je hebt het gehad.

:52:48
Ik heb 2 kinderen thuis.
Alsjeblieft, meneer.

:52:53
Geef me je sleutels.
:52:55
Meneer, ik moet er even tussenuit.
Ik smeek u.


vorige.
volgende.