:46:04
Wanneer is de zitting
voor de borgtocht ?
:46:08
Eerdaags.
- Ga je erheen ?
:46:13
Ik weet het niet.
:46:16
Davis zegt dat het 'n formaliteit is.
:46:21
Ik heb 't er met Ruth
nog niet over gehad.
:46:24
Ik ga wel mee als zij 't niet aankan.
:46:27
Dank je. Ik red het wel.
:46:31
Davis zegt dat het 'n formaliteit is.
:46:37
Wanneer is het proces ?
:46:42
In oktober.
- Oktober ?
:46:44
Dat zeggen ze.
- Ze nemen de tijd.
:46:49
Hij zit in de cel.
:46:51
Ze houden hem vast wel bezig.
Waar zal hij zijn straf uitzitten ?
:46:57
Heb je geen Tabasco ?
:47:02
Anita ! Tabasco !
:47:07
Verdomme.
:47:26
Dit weekeinde moet je echt
naar 't kamp komen.
:47:30
Katie dringt aan.
:47:32
Als je niet komt, vraagt ze haar zus
en die idioot van 'r
:47:36
en dan ga ik hem weer beledigen.
:47:39
Het lot van mijn familie
ligt in jouw handen.
:47:43
Ik zal het Ruth vragen.
:47:57
Hoe was je dag ?
- Goed.