Iris
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:34:01
Waarom herhaalt hij 't ?
:34:03
Politici moeten dingen herhalen
:34:05
om gehoord te worden.
:34:07
Als reizigers die schapenogen
:34:09
eten met de bedoeïenen.
:34:11
Ze moeten alles doen
om in de gunst te staan.

:34:14
Waarom wil hij
'n schapenoor eten ?

:34:18
Zal ik 'm uitdoen ?
- Nee.

:34:21
We kunnen morgen zwemmen
als 't niet regent.

:34:24
Nee.
- Ja, je bent gek op water.

:34:26
Je vindt 't heerlijk om te zwemmen.
:34:29
Zwemmen doet je goed.
:34:32
Wanneer gaan we ?
:34:35
Vandaag niet.
:34:37
Gaan we naar Londen ?
:34:39
Nee, we gaan zwemmen.
:34:42
Wanneer gaan we ?
:34:45
Vandaag niet.
:34:48
Wanneer gaan we ?
:35:02
Iris, wacht !
:35:13
Vieze ouwe man !
- Hallo !

:35:18
Daar gaan we. Ziezo.
:35:21
Nee, Iris, niet met je sokken.

vorige.
volgende.