Replicant
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:59:05
Hij is oké. Het komt wel goed.
Ga met hem mee.

:59:13
lk kom je jas brengen.
:59:17
Kom me opzoeken als je vrijkomt, oké?
:59:36
Kom op.
:59:37
Wat herinner je je?
Help me, maat. Denk na.

:59:45
Denk terug.
:59:46
Goed zo.
:59:48
Stoute jongen.
:59:49
Stoute jongen? Wat bedoel je daarmee?
:59:53
Hallo, mama.
:59:55
Herinner je je de moeders?
De moord op de moeders?

:59:58
Vooruit, praat tegen me.
Wat kun je je herinneren?

1:00:01
Herinneren.
1:00:02
Kijk naar deze foto. Ken je deze vrouw?
1:00:04
-En?
-Geen rijbewijs of paspoort.

1:00:06
-Ze is vast een toerist of zo.
-Verdomme. ls zij de volgende?

1:00:10
-Kijk naar deze foto.
-is zij de volgende?

1:00:13
ls zij de volgende?
1:00:27
''Kindjelief, dat in de boom ligt
Als 't waait, word je heen en weer gewiegd

1:00:39
''Als de tak breekt, maakt de wieg een val''
1:00:43
Wat zie je?
1:00:46
Wat zie je?
1:00:50
lk vermoord.
1:00:55
lk vermoord.

vorige.
volgende.