1:08:00
Hier. Zeg dat 't genoeg is.
1:08:04
- Ik moet even met je praten.
- Ik moet Jack ophalen.
1:08:09
- Ik breng je wel.
- Laat maar zitten.
1:08:11
- Ik heb 'n taxi nodig.
- Ik moet met je praten.
1:08:15
Er is wat veranderd.
1:08:24
De gordel zit boven de deur.
1:08:43
Naar het ziekenhuis?
1:08:48
Nee, bedankt.
1:08:50
Ik dacht dat je rookte.
1:09:00
Ze hebben iemand gearresteerd
voor de moord op Darby.
1:09:04
- Dat is onmogelijk.
- Niet waar.
1:09:06
- Wie is het?
- Dat doet er niet toe.
1:09:09
Wie is het?
1:09:11
Zijn naam is Donnelly. Martin Donnelly.
1:09:14
- Hij heeft 't niet gedaan.
- Maakt niet uit.
1:09:16
Nagle wil het nu vast
op 'n akkoordje gooien met je.
1:09:22
Donnelly heeft Darby niet vermoord.
1:09:24
- Wat?
- Dat weet ik.
1:09:26
- Niet waar.
- Toch wel.
1:09:28
- Hoe?
- Dat doet er niet toe.
1:09:41
Darby...
1:09:44
Darby is die avond naar ons huis gekomen.
1:09:52
Ik ben eerder die dag in z'n club geweest.
1:09:56
Beau had 'n ongeluk gehad.
Hij was met Darby uit geweest.