1:07:02
Ik weet het.
1:07:04
Een kleine jongen en een non.
1:07:10
Maak het kasteel van Duchamps
klaar voor de hel.
1:07:12
Ik heb zaken
in Parijs
1:07:15
Ik zal je snel
vergezellen.
1:08:07
Ze is weg.
1:08:11
De koningin ?
En Francesca.
1:08:14
- Wie heeft dit gedaan ?
- Een man in het zwart.
1:08:16
Hij heeft geen medelijden,
geen berouw.
1:08:19
Waar bracht hij hen naartoe ?
1:08:22
Meneer !
Meneer !
1:08:25
Ben je een vriend
van de koningin ? Ja.
1:08:27
Je bracht haar hier ?
Ja.
1:08:30
Ik weet waar ze is.
Waar ?
1:08:32
Het kasteel van Duchamps.
En een jongedame ?
1:08:34
Hij nam haar ook mee.
1:08:36
Ben je zeker dat
het Duchamps is.
1:08:38
Hij deed de koningin een brief
schrijven naar een zekere Lord Buckingham.
1:08:41
Het zei dat ze
plannen veranderde.
1:08:43
Hij ging haar ontmoeten
in Duchamps.
1:08:46
En dan stuurde hij iemand om Lord
Buckingham te ontmoeten waar de ferry aankomt.
1:08:49
De koningin wilde
het niet schrijven,
1:08:52
maar hij zei dat hij mijn keel
zou oversnijden als ze het niet deed.
1:08:53
Dat zou hij gedaan hebben.
Je hebt geluk.
1:08:55
Hij heeft een leger.
Wat ga je doen ? Me een leger bezorgen.
1:08:58
En hem vinden.
Wanneer je dat doet,