Analyze That
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:35:01
Ik wil met rust gelaten worden
:35:04
Ik doe nergens aan mee
bemoei me alleen met mijzelf

:35:08
wat ik altijd al had moeten doen
:35:10
en dat was 't.
:35:12
'tuurlijk Paul, ik begrijp dat.
:35:13
Begrijp je het?
:35:14
Ja, dat doe ik. Relax maar, oké?
:35:16
Ga maar zitten
ik maak een lekker bakkie voor je.

:35:18
Nee, ik moet gaan,
ik moet nog een zaakje afhandelen met iemand.

:35:21
Weet je, wanneer je iets op poten hebt gezet
:35:23
en we moeten een oogje dichtknijpen...
:35:26
Nee, dit is iets legaals
dat is anders.

:35:29
Oei, je geeft me de kriebels.
:35:30
Daar kom je wel overheen.
:35:32
Geef me een zoen
:35:33
Kom op, geef me nu een zoen.
:35:36
Pas goed op jezelf.
:35:38
Jij ook.
:35:41
Kom nog eens langs, Paul
:35:43
Ja, ik zie je wel weer.
:35:45
Houd hem goed in de gaten.
:35:46
Ik zou het jammer vinden,
maar als hij over de scheef gaat.

:35:49
...schiet je hem voor z'n rotkop.
:35:51
Met plezier!
:35:56
Kijk naar de ruimte
in de kofferbak

:35:58
Daar passen met
gemak drie lijken in.

:36:01
Grapje, ik probeer de sfeer
wat op te vrolijken.

:36:05
Oké bedankt, we waarderen je inzet.
:36:07
"tuurlijk, 'tuurlijk.
Wat voor auto rijdt u nu?

:36:10
Een Lexus 430 LS
:36:12
Dat is zoiets als ...
:36:13
Toyota?
:36:15
Het is een Lexus.
:36:16
Ja, Toyota, Lexus
allebei Japans toch?

:36:18
Laten we Pearl
Harbor niet vergeten!

:36:22
Maar even serieus:
wilt u de auto kopen?

:36:23
Ik weet het niet,
we moeten er nog over nadenken.

:36:25
Waar moet je nou nog over nadenken?
:36:27
Je zegt dat de auto je bevalt,
stelt me duizend vragen

:36:29
ik beantwoord ze stuk voor stuk,
:36:31
je hebt erin gereden
je bent er weg van,

:36:33
wat moet je nu nog meer weten?
:36:35
Ja, het is een smak geld
en we willen het nog eens overwegen.

:36:38
Overwegen?
Overweeg dit 'ns:

:36:40
Je legt me een uur het
vuur aan de schenen

:36:43
over elke accessoire die erop zit
:36:45
Hoe zit het met de verlichting?
:36:46
Hoe zit het met dit,
hoe zit het met dat?

:36:47
Zo kunt u niet met klanten omgaan!
:36:48
Wat mij betreft bent u geen klant.
:36:50
Wilt u nu wel of niet deze auto kopen?
:36:51
Van u in ieder geval niet.
:36:52
Ik wil uw chef spreken
:36:53
Wil je mijn chef spreken?
Ja!

:36:54
Ik zal je met hem laten kennismaken!
:36:55
Hier zit hij!
Hier is de chef!!

:36:57
Ik geloof mijn oren niet.
:36:58
Wil je met hem praten?
:36:59
Wat zal ik doen, chef?
Gooi ze eruit!


vorige.
volgende.