1:20:06
	Zo slecht.
1:20:08
	Ga maar vast.
Neem maar iets.
1:20:10
	Ik let wel op.
1:20:24
	Pak het geld,
opa !
1:20:26
	Jess,
wat doe je ?
1:20:27
	Dit is geen raadseltje.
1:20:28
	Je hoeft niets op te lossen.
1:20:29
	Jess.
- Nu even niet, Fish.
1:20:30
	Verzamel mijn poen nou maar !
1:20:31
	Hé Jess.
- Ga op de uitkijk staan, Fish.
1:21:15
	En aan het eind
van de volgende dag
1:21:16
	zat ik in een marinierskamp.
1:21:17
	Ik heb altijd gevonden
dat Jesse de gelukkige was...
1:21:21
	en daarom was ik jaloers op hem.
1:21:22
	Hoe kan hij de gelukkige zijn ?
Hij is dood.
1:21:25
	Hij liet me achter,
1:21:26
	en hij wist dat hij
alles was dat ik had.
1:21:28
	Je bent dus boos op hem,
1:21:30
	omdat je vond dat
hij je in de steek liet.
1:21:32
	Ja.
1:21:34
	Een beetje.
1:21:35
	Waarom is hij de gelukkige ?
1:21:38
	Omdat hij niet meer
hoeft te vechten.
1:21:41
	Jij ook niet.
1:21:44
	Dus jij denkt dat
ik het zal redden ?
1:21:46
	Ik denk dat dat al gelukt is.
1:21:47
	Wat denk je zelf ?
1:21:49
	Ik denk...
1:21:52
	misschien in een ander leven
of andere tijd
1:21:55
	zou ik koning zijn geweest.