:50:00
Daarvoor moest je jezelf
opsluiten in de studeerkamer ?
:50:05
Je weet hoe dat gaat.
:50:07
Ik zal er wel voor zorgen.
Waarom probeert die persoon ons te kwetsen ?
:50:11
Wat heb je hem aangedaan ?
Haar.
:50:15
Ze werkte voor me.
Oh, God. God, nee.
:50:19
Ze zal Michael geen pijn aandoen.
:50:21
Hoe kan jij zo zeker zijn ?
Vertrouw me.
:50:27
Je moet sterk zijn.
:50:30
Ga dan weg.
:50:34
Naar waar ga je ?
Uit.
:50:42
Hoeveel tijd hebben we nog ?
:50:44
Minder dan twaalf uren.