:42:01
Dit is een vetzak.
Zie je ? Nee.
:42:05
En dit is,
dit ben jij.
:42:16
Luister, John,
weet je...
:42:19
Zij waren, weet je, zij waren niet
zo goed als jij bent.
:42:22
Jij... jij zou je niet
zo slecht moeten voelen, hé ?
:42:29
Oké, Ik heb dit nodig.
:42:32
Dank je.
:42:38
Dank je.
:42:42
Het is toch genoeg.
:42:44
We kunnen nu niet stoppen.
:42:49
Wil je stoppen ?
:42:51
Ja.
:42:52
Nou, stop dan.
:42:56
Wat is dit ?
:42:57
Wat ? het is niets.
:42:58
Ik heb mezelf gebrand.
:43:00
Een touw brandt ?
:43:01
Nee, met koken.
:43:02
Je hield hiervan, niet ?
:43:04
Dat is belachelijk. Laat het vallen.
:43:08
Lieg je ?
:43:10
En dat verhaal ?
:43:12
De verrekijker.
:43:13
Was dat waar ?
:43:20
Ik ga naar die speelhal.
:43:21
Die hebben Gran Turismo.
:43:24
Veel plezier.
:43:38
Ik heb iets voor je gemaakt
:43:47
Ik wil zien of het past
:43:58
Vind je het mooi ?