Narc
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:04:01
Het kind overleed
aan bloedverlies van de moeder.

:04:04
Acuut foetaal trauma. Schotwond.
:04:10
Dat is allang bekend.
Waarom komt u daar nu weer mee ?

:04:14
Hebt u contact gehad met Ms. Mueller ?
- Ik heb met haar gesproken, ja.

:04:20
Wanneer ? En wat was de reden ?
- Dat is persoonlijk.

:04:25
Vindt u dat u dit had kunnen voorkomen
door minder agressief op te treden ?

:04:31
Wat ?
- De dood van het kind.

:05:44
Dat is heel gevaarlijk, wist je dat ?
:05:48
Je voet. Tenenkaas.
:05:51
Ik bijt 'm eraf.
- Je maakt 'me wakker.

:05:54
Hij wordt eerder wakker van de stank.
:05:57
Vind je het lekker ruiken ?

vorige.
volgende.