:14:00
Johannes, je milt is vergroot.
:14:04
We willen je beenmerg testen.
:14:09
Hij hoest en u wilt
zijn beenmerg testen?
:14:11
Laten we afwachten
wat de beenmergtest uitwijst.
:14:17
Wat denkt u dat het is?
Wat is er mis?
:14:20
Het kan...
:14:23
Het kan iets met zijn
witte bloedcellen zijn.
:14:28
Kunnen thuis geen koffer
gaan pakken en morgen terug komen?
:14:33
Pardon?
- U kunt hem hier niet houden.
:14:36
Hij heeft zelfs geen tandenbostel.
- Daar zorgen we hier wel voor.
:14:41
We willen hem
een paar dagen hier houden.
:14:45
Hoe lang is een paar dagen?
- Houd je mond, Agnethe.
:14:49
Hallo. Dat mag ik toch vragen?
- Ja.
:14:55
Beenmerg? Laat het niet ernstig zijn.
:14:59
Geen zorgen. Dat is gewoon
de Deense gezondheidszorg.
:15:03
Als je echt ziek bent,
moet je drie jaar wachten.
:15:06
Als je alleen peniciline nodig hebt,
krijg je het volledige onderzoek.
:15:12
Een beenmergtest
klinkt nogal heftig.
:15:15
Kunnen we niet gewoon babbelen?
Hoe zit het met onze opslag?
:15:20
Ik wil graag wat ruimte
om spullen op te slaan.
:15:24
En ik wil praten over
je achtendertigste verjaardag.
:15:28
Dat gaat niet.
Ik moet dit nog lezen.
:15:31
Het gaat over eigengemaakte zorg.
Ik bedoel preventieve thuiszorg.
:15:49
Ja?
- Ik ben het. Je weet wel, de hengst.
:15:53
Grapje.