:18:30
Roger, iemand op lijn twee.
- Wie is het?
:18:32
Het betreft de nieuwe campagne.
- Welke campagne? Een naam alsjeblieft.
:18:38
Het is Susan.
- Zeg maar dat ik weg ben.
:18:41
Ze zegt dat het belangrijk is.
- Zeg haar dat ik weg ben.
:18:51
Dit is, zeg maar nors.
- Dat lijkt meer: 'Wat is dat?'
:18:54
En dit lijkt op...
- Wil je nors?
:18:56
Dit is 90-er stijl, aanbiddelijke normale man.
- Dat ben ik.
:18:59
Dat is jouw probleem.
- Dat is je nachtmerrie.
:19:01
Roger. Ga jij vanavond naar Joyce?
:19:05
Wat?
:19:08
Heb je geen e-mail gehad?
- Welke e-mail?
:19:13
Over het feest?
:19:16
Ga jij?
:19:18
Joyce geeft een feest, dan stel
ik geen vragen, maar ga ik gewoon.
:19:31
Ze is in een telefonische vergadering.
:19:32
Ted, er is iemand in mijn kantoor.
:19:35
Tot ziens, Ted.
- Het is goed, Donna, je kunt...
:19:37
Dag, Donna.
Ik bel je over vijf minuten terug.
:19:40
Vijf minuten?
Is dit een vijfminuten kwestie?
:19:44
Ga zitten.
:19:46
Ik wil helemaal niet zitten.
Ik wil blijven staan.
:19:49
Probeerde je gisteren
in mijn pand te komen?
:19:53
Waarom ben ik niet uitgenodigd vanavond?
Iedereen is er behalve ik.
:19:56
Hoe zal dat er uit zien?