1:28:01
Hoelang hebben we geslapen?
1:28:03
'n uur of zo.
1:28:09
Ze zeggen dat ze gifgas hebben.
1:28:13
In kleine hoeveelheden.
1:28:17
Veel mensen zijn erdoor gedood.
1:28:20
Maar ze vertrekken?
1:28:22
Enkele gewonden hebben ze achtergelaten,
maar de rest is vanmorgen vertrokken.
1:28:32
Waarom gaan ze weg?
1:28:34
We hebben waarschijnlijk 'n middel
gevonden om ze te verslaan.
1:28:37
Iedereen heeft ergens 'n zwak punt, niet?
1:28:47
Je dacht echt dat we deze nacht
niet zouden overleven, hè?
1:28:57
Luister, sommige dingen kan ik hebben,
maar sommige ook niet.
1:29:07
Zoals m'n oudere broer,
die mijn grote voorbeeld is...
1:29:12
z'n geloof aan 't verliezen is.
1:29:16
Ik zag je ogen vannacht...
1:29:20
en zulke ogen wil ik nooit meer zien.
1:29:24
Ik meen 't!
1:29:31
Oké.
1:29:40
Hij slaapt nog wel even.
1:29:42
Hij moet z'n medicijn hebben.
1:29:46
Zeiden ze iets over ons gebied?
1:29:49
Overal is 't sein 'veilig'.
1:29:53
Maar is dat zeker?
1:29:56
Hij is niet sterk genoeg.
1:29:59
Als hij nu niet beschermd wordt...
-Ik weet 't.