Arven
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:32:05
TWEE MAANDEN LATER
:32:28
De schilders wisten het niet zeker.
Dit is toch de goede kleur?

:32:32
De banken zijn er.
Ik heb ze daar laten zetten.

:32:41
Kijk maar.
:32:46
Waar heb je die gevonden?
:33:10
Wacht...
:33:14
Dank je.
:33:18
Hoe lang bestaan deze zondag diners al?
:33:20
Vader en ik zijn ermee begonnen
toen Benedikte en Christoffer vertrokken.

:33:25
Het was alsof we elkaar nooit meer zagen.
:33:28
Ze kwamen langs,
aten de koelkast leeg en gingen weg.

:33:32
Er moest een manier zijn.
:33:34
Mensen zijn altijd te lokken
met goed eten, nietwaar Christoffer?

:33:39
We ontmoeten elkaar de eerste zondag
van de maand als het lukt.

:33:43
Goed idee.
- Inderdaad.

:33:45
Hoe bevalt je nieuwe huis?
- Erg goed.

:33:49
Je eet toch ook garnalen
tijdens je kreeftenfeesten?

:33:53
Kreeften?
- Kreeftensoep.

:33:55
Ja, we hebben kreeft en garnalen.
:33:59
Wat zijn kreeften?
- Kreeften.


vorige.
volgende.