:28:55
Zo dus dit is het?
:28:59
Je zegt de kinderen gedag
en laat een klein briefje achter...
:29:02
en gaat er midden in de nacht
stiekem vandoor.
:29:04
Heb je enig idee hoe
gemeen dat is?
:29:07
Ik ga er niet stiekem vandoor.
:29:09
En ik verlaat de kinderen niet.
:29:11
Je had er met me over kunnen praten.
:29:13
Ik bedoel, het achterlaten
van een briefje is...
:29:16
Ik dacht dat dat het
makkelijker zou maken.
:29:19
Makkelijker dan?
:29:20
Dan dat we dit gesprek
nog een keer moeten voeren.
:29:27
God, dit is zo...
:29:36
Als het goed is ben ik vrijdag terug.
:29:39
Er staat eten in de diepvries.
:29:42
Hun zwempakken liggen in de droger.
:29:44
Ze hebben morgen om
vier uur zwemles.
:29:47
Het staat allemaal in de brief.
:29:51
Ik wil dat dit zo gemakkelijk
mogelijk is voor hen.
:29:54
En we zullen erover praten.
:29:56
We praten erover wanneer
ik weer thuis ben.