Duplex
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:18:02
Echt?
:18:03
Ja.
:18:05
Nou, je moet wel even duidelijk maken wat de grenzen zijn.
:18:07
Zeg haar dat je aan het werk bent. Dat zal ze wel begrijpen.
:18:10
Wat is dat?
:18:11
Oh, heb wat dingen gekocht, op weg naar huis.
:18:14
Het is een tapijtje.
:18:16
- Vind je hem leuk? - Ja. Hoeveel kost hij?
:18:18
valt niet zo op, neemt niet echt veel ruimte in.
:18:20
Hij was 200 euro of zoiets.
:18:22
Ik weet het niet meer.
:18:23
Was dat ding 200 euro?
:18:25
Ja maar, je weet wel, het is een overbrugging.
:18:27
Want hij gaat hier tussen de twee kamers.
:18:29
En verbind deze kamers.
:18:30
Oh, en kijk! Kijk, kijk, kijk, kijk, kijk!
:18:34
Het is een echte Pabio Finch.
:18:37
Echt? Gaaf.
:18:39
Is het een Boeren Salade schaal of zo?
:18:44
Het is een krukje.
:18:47
Hier.
:18:48
Probeer maar.
:18:53
Wat zijn wij, kabouters?
:19:03
Het is een natte plek!
:19:05
Ik heb vanmorgen tegen Mr. Rose verteld over de problemen met de pijpen.
:19:09
De pijpen gingen boem-boem-boemelde-boem-boem.
:19:12
Boem. Boem.
:19:15
Ja, de hele badkamer
:19:16
had kunnen ontploffen.
:19:19
471 euro.
:19:21
Hoe laat is het?
:19:24
- Je bent hier al drie uur? - Ja.
:19:26
Schatje, dit waren originele tegeltjes.
:19:29
Hoe heb je die klappen niet kunnen horen?
:19:31
Schatje, ik lag te slapen.
:19:32
Slapen, en dat midden op de middag.
:19:35
Schaamteloos.
:19:38
Ik ga niet betalen voor niet goedgekeurde reparaties.
:19:40
Ik heb het werk al gedaan, vriend.
:19:42
Ik kan ze zo weer uit de muur trekken.
:19:45
Wat?
:19:48
Ik weet niet wat hij zegt.
:19:50
Doe het! Doe het!
:19:51
Doe jij het. Doe jij het.
:19:53
Alex! - Wat!
:19:55
Oke, laat maar. Sluit de boel maar aan.

vorige.
volgende.