1:20:00
We naaien de zijstukken hier aan,
en dan
1:20:02
In een andere gevangenis maken ze hem af.
1:20:06
Het is goed werk.
1:20:08
Natuurlijk.
1:20:10
Mensen zullen toch altijd schoenen
nodig hebben?
1:20:19
Ann, ik vermoed dat je moeder
me nog steeds haat.
1:20:21
Pap, Mama haat iedereen.
1:20:23
Ja, ik vermoed dat ze mij nog
het meeste haat.
1:20:26
Soms wel.
1:20:31
Sommige van ons...
1:20:35
kunnen dat leven dat
andere mensen willen dat we leven niet aan.
1:20:43
Het maakt niet uit hoe hard je probeert,
1:20:47
je kan het gewoon niet.
1:20:48
denk ik.
1:20:51
-Je gelooft me, is het niet?
-Ja.
1:20:54
Ik geloof je.
1:20:56
Het is moeilijk.
1:21:02
Zoals je weet
1:21:04
je houdt van iemand
en je kan ze niet gelukkig maken.
1:21:10
het is net alsof je van hen houdt, maar...
1:21:16
je kan niet van ze houden op
de manier waarop ze willen dat er van hen gehouden wordt,
1:21:19
begrijp je wat ik bedoel?
1:21:21
als je me de schoenmaat van de kinderen zendt,
kan ik schoenen voor hen maken.
1:21:26
Ok.
1:21:32
Ik wil je gezicht aanraken.
1:21:37
Ik herinner me hoe het voelde.
1:21:41
Ik ben veel vergeten.
Ik herinner mij dat.
1:21:44
Ik herinner,
1:21:46
dat voor je wegging je die plaat van
ringing bells oplegde
1:21:52
en dan verliet je het huis onmiddellijk.
1:21:55
ik hield van de muziek van het huis
1:21:57
terwijl ik de straat uitliep.