:45:12
Deze past niet.
- Wil je ook ?
:45:15
Hij zit lekker.
- Schmall.
:45:24
Doleman.
Wat doe jij hier ?
:45:27
Ik wil je wat voorlezen.
:45:30
Moet je niet hé... op zoek naar werk ?
:45:33
Heb ik gedaan, maar volgens mij
hebben ze niemand nodig.
:45:37
Moet je horen.
:45:39
en de boer, hij ploegde voort
:45:46
de boer heeft een vrouw
de vrouw heeft een kind
:45:50
het kind heeft een hond
:45:52
Je gaat inderdaad
steeds beter lezen.
:45:55
Nee, er zit wat achter.
Een soort verborgen boodschap.
:46:01
Je moet er wel voor openstaan.
Let nog even op.
:46:05
de hond heeft de kat
en de kat heeft de muis
:46:09
de muis heeft de kaas
en de kaas heeft niets
:46:16
de kaas heeft niets
:46:21
Kijk, iedereen heeft iets
onder zich.
:46:24
De hond heeft de kat,
de kat heeft de muis...
:46:27
... en de muis heeft de kaas.
- Duidelijk.
:46:30
Maar de kaas heeft niets.
:46:32
De kaas is de lul.
Die staat helemaal onderaan.
:46:37
Maar er moet ook iets
onderaan staan.
:46:40
Dus dat is altijd de kaas.
:46:43
Wacht maar eens af
tot je sprookjes gaat lezen.
:46:48
Laat ook maar.
:46:52
Wat is hier gebeurd ?
- Ze hebben zelfmoord gepleegd.
:46:56
En die ?