:43:01
Het klinkt goed.
Je hoort van ons.
:43:04
Ik kan ze 's morgens vroeg trainen.
:43:09
Ik wil ze zelfs warmlopen voor je.
:43:12
Echtwaar?
Je wilt ze warmlopen?
:43:16
Dit is me wat.
:43:20
Een droom wordt waarheid.
Jou warmlopen.
:43:22
Ik moet je aan een ploeg vastmaken.
:43:23
Dan kan je mij een tijdje voortrekken.
Schiet op.
:43:27
Heb je ooit geldprijzen gewonnen?
:43:32
Heb je ooit geldprijzen gewonnen?
Dat zal wel niet.
:43:35
Je kan niet eens van een
mens winnen, laat staan een paard.
:43:40
Zak met botten...
:43:43
je loopt alleen snel naar
je etensbak toe.
:43:47
Juist.
:44:09
De eerste keer dat hij
Seabiscuit zag...
:44:11
liep het veulen door de mist,
om vijf uur in de ochtend.
:44:15
Smith zou later zeggen, dat het
paard dwars door hem heen keek...
:44:19
alsof het wilde zeggen,
'Waar kijk je verdomme naar?'
:44:22
'Wie denk je wel dat je bent?'
:44:27
Hij was klein, amper 1.5 meter hoog.
:44:31
Hij leed pijn.
:44:33
Hij liep kreupel...
:44:36
en maakte een piepend
geluid bij het ademhalen.
:44:39
Daar lette Smith niet op.
:44:42
Hij keek het paard in de ogen.
:44:47
Ver..
domme
:44:56
Hij was de zoon van Hard Tack,
die weer een zoon van Man o' War was.