Willard
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:23:09
Ik heb honger.
1:23:12
Zullen we iets gaan eten ?
1:23:16
Nu meteen ?
1:23:18
Ik pak mijn jas even.
1:23:26
Momentje.
1:23:36
Kan ik je toilet gebruiken ?
1:24:28
Cathryn ?
1:24:30
Hier.
1:24:31
Sorry. Ik moest zo nodig.
1:24:41
We moeten gaan.
1:24:58
Ik moet over iets heen gereden zijn.

vorige.
volgende.