:00:00
Nee, ik dacht dat je het fijn vond
om hier te zijn. Dat is alles.
:00:05
Ga je gang.
Loop maar, het is al goed.
:00:07
Ik zie je vanmiddag.
:00:09
En ik hark die struiken zoals ze nog nooit
aangeharkt zijn, dat beloof ik je.
:00:21
Het spijt me van die tak.
Er zaten zoveel appels aan.
:00:27
Ik had die tak eigenlijk moeten snoeien,
maar ik werd hebzuchtig.
:00:31
Ben je hebzuchtig als je je gezin wilt voeden?
:00:40
Waarom heb je een hekel aan me?
:00:45
Waarom vraag je dat?
:00:48
Wanneer ik dichtbij je kom,
deins je achteruit.
:00:52
Nee, dat doe ik niet.
- Dat deed je wel.
:00:56
Toen we de zaaiplantjes in de onderste rij
aan het uitdunnen waren.
:00:59
Hoe kan ik je nou laten zien wat ik doe
als ik je niet mag aanraken?
:01:05
Je probeerde me te zoenen.
:01:15
Vera toonde nooit interesse voor de appels.
Ze haat de boomgaard.
:01:21
Dit is de eerste keer dat ik iemand ontmoet,
die het begrijpt van de appels.
:01:28
Sorry, het maakte me zo blij.
:01:34
Dat geeft niets.
:01:35
Nee, niet. Ik vermoed dat het gedoe met
de appels slechts woorden voor je zijn.
:01:41
Als je niet echt mijn genot kan delen...
:01:44
Dat kan ik wel.
:01:46
Vera wil dat ik appels pluk van bomen
die nog maar net in de grond staan.
:01:51
Dingen kosten tijd. Dat is liefde.
:01:54
Zien wat ze nodig hebben en
die behoeften respecteren.
:01:58
Als iemand dat begrijpt, dan ben jij dat.
Tenminste, dat dacht ik.