:30:02
	Ben je klaar?
:30:03
	Nog even iets afstellen.
:30:05
	Mooi.
:30:10
	Zijn de pizza's er?
:30:14
	Volgens mijn bronnen wel.
:30:16
	Je moet ze allemaal laten verdwijnen.
:30:18
	Wat staat er tegenover?
:30:20
	De was.
- Ik luister.
:30:22
	Jouw was.
:30:23
	Ik doe een maand lang jouw was.
:30:25
	Afgesproken.
:30:29
	Een zakelijke deal?
:30:30
	Inderdaad.
:30:32
	Goed gedaan.
:30:34
	Dit zal je visie op water veranderen.
:30:43
	Jij eerst.
:30:47
	Ik moet even de leiding controleren.
:30:49
	Goed idee.
:30:56
	Er is geen parkeerplek.
:30:57
	Kijk, hij laat die trutjes binnen.
:31:00
	We kunnen ze nooit verslaan.
:31:03
	Probeer het eens om de hoek.
We moeten opschieten.
:31:12
	We gooien ze weg.
:31:15
	We gaan deze niet allemaal opeten
:31:17
	en vervolgens doodziek
:31:20
	over de vloer kronkelen van de pijn.
:31:32
	Dit is zo lekker.
Ik maak je af.
:31:42
	We horen bij hen, de meiden
die je net hebt binnen gelaten.
:31:44
	Ja, die andere meiden.
:31:46
	Wat doe jij hier?
:31:48
	Een jacht houden.
:31:51
	Oké, wegwezen jullie.
:31:53
	Dit is zo oneerlijk.
:31:56
	Ik hoef niet eerlijk te zijn.
Ik heb het hier voor het zeggen.
:31:59
	En nu wegwezen.