:42:06
Amerika is één grote McDonald's geworden.
Het is in de uitverkoop gedaan.
:42:10
Het lijkt op zo'n oude
Flintstones-tekenfilm
:42:12
waarin je telkens dezelfde achtergrond
ziet langskomen.
:42:15
Zo van: K-Mart, Walmart, McDonald's,
:42:17
K-Mart, Walmart, Wendy's, K-Mart.
:42:19
Daardoor weet je niet meer waar je bent.
:42:22
Cézanne werd ooit geïnspireerd
:42:24
door de bergen die hij zag
als hij naar buiten keek.
:42:26
Als ik naar buiten kijk
zie ik geen bergen.
:42:28
Ik zie alleen reclameborden,
dus gebruik ik die als inspiratiebron.
:42:33
Het gemiddelde Amerikaanse kind
:42:34
ziet 10.000 reclamespotjes voor
voedingsmiddelen per jaar.
:42:38
95% daarvan is voor ontbijtproducten
met suiker,
:42:40
frisdranken, fastfood of snoep.
:42:42
Een ouder die een jaar lang elke dag,
elke maaltijd nuttigt met zijn kind
:42:48
en met die maaltijden telkens
het goede voorbeeld geeft,
:42:51
en gebruik kan maken van
tekenfilmfiguren en een Michael Jordan
:42:54
die sinaasappelen aanprijst
in plaats van McDonald's,
:42:57
een Britney Spears die
in plaats van Pepsi
:42:59
radijsjes of sla aanprijst.
:43:02
Die ouder heeft zo'n duizend
aandachtsmomenten met zijn kind
:43:05
tegen 10.000 voor de voedselindustrie.
:43:07
Dat is geen gelijke strijd.
:43:08
Als kinderen beginnen te praten
kunnen ze al snel McDonald's zeggen.
:43:12
Ik laat een paar foto's zien en
ik wil dat jullie zeggen wie het zijn.
:43:16
Oké.
:43:17
Wie is dit?
:43:19
Weet je het niet?
:43:21
George Washington.
:43:22
En dit?
:43:23
Dat was de vierde president.
:43:26
Hij heeft de slavernij afgeschaft.
:43:28
Hij kon nooit liegen.
:43:30
Wie is dit?
- Weet ik niet.
:43:32
Weet ik niet.
:43:34
Nee.
:43:36
Ik weet het niet.
:43:37
George W. Bush?
:43:39
Nee. Maar dat was in de buurt.
:43:44
Wie is dit?
:43:47
Weet ik niet.
:43:49
Goudlokje?
:43:52
Ik weet haar naam niet meer,
maar ik denk dat ik haar ken.
:43:54
Ja? Waar heb je haar gezien?
:43:56
Dat plaatje staat op een bord.
:43:58
Wendy.