:43:03
Je moet iets eten.
:43:05
Wat ik nodig heb is teveel zout,
teveel suiker.
:43:09
Suiker.
:43:10
25.000
:43:16
Dat moet je niet doen.
:43:19
Maak je geen zorgen.
:43:29
Ik denk dat ik maar ga slapen.
:43:57
Je hebt het wel uitgehouden.
:43:59
Wat?
Jij hield het uit, ik niet, ik vergat haar!?
:44:03
Hoe deed je dat?
:44:04
Weet ik niet.
:44:06
Wat is er zo belangrijk aan ons,
of onze kinderen.
:44:12
De kinderen zijn dood!?
:44:14
En ze hebben ons geheugen
geprobeerd te wissen!?
:44:16
Niet dat ik ze ga zoeken.
:44:44
Sam?