:35:18
Stop.
:35:22
Hallo. Hoe gaat het met je?
:35:27
Nu? Ik ben aan het schoonmaken.
:35:29
Hé, wakker worden. Vooruit.
:35:35
Nee. Niet dat.
:35:39
Tijd om te sterven, ouwe.
:35:40
Komt Kiyo eraan? Ik ben er.
:35:44
De meisjes zijn hier in de buurt
aan het drinken.
:35:46
O, ja?
:35:49
Alles is schoon.
:35:55
Geef terug.
:35:58
Geef dat terug.
:36:01
Haar man zag er echt
slechtgehumeurd uit.
:36:06
Heeft hij haar geslagen?
:36:08
Nee, ze was heel aardig
voor zo'n jong meisje.
:36:11
Mijn vrouw kan er nog wat van leren.
:36:15
Z'n belager ging ervandoor, en
gijzelde een jonge vrouw en een baby.
:36:19
De bruidegom is in kritiek e toestand,
en de politie vermoedt een oorlog...
:36:24
tussen misdaadsyndicaten.
:36:26
Dit is ernstig.
:36:29
Ik maak ook geen grapje.
:36:37
M'n moeder is gelovig.
:36:39
Ze bidt voortdurend.
:36:47
Dat ben ik.
:36:53
Is ze niet schattig?
:36:55
Ik heb haar gevonden. Die vlekjes
op haar rug lijken net vleugels.
:36:58
Dus ik heb haar Engel genoemd.