1:08:00
Dat zou je niet eens kunnen.
Je weet niet eens wat ze zijn.
1:08:13
Je hebt zes lachjes.
- Wat?
1:08:19
Je hebt zes lachjes.
Wist je dat?
1:08:23
Eén als iets je echt aan het lachen maakt.
1:08:27
En één al je alleen uit beleefdheid lacht.
1:08:32
Eén als je plannen maakt
1:08:34
en één als je de spot met jezelf drijft.
1:08:38
Eén als je je ongemakkelijk voelt en één als...
1:08:44
Eén als je over je vrienden praat.
1:08:47
Hoeveel zijn dat er?
- Wel 50.
1:08:51
Ik zei het je. Ik zei het je.
1:08:57
Dat is zoveel mooier dan welke
toespraak uit een van je films ook.
1:09:01
Ik had een betere tekstschrijver.
1:09:05
Dus...
1:09:09
Ga je mee?
1:09:21
Ja.
1:09:26
Hij gaat terug naar Cali,
naar Cali, naar Cali.
1:09:32
Waar denk je aan?
- Niets. Ik ben klaar met denken.
1:09:36
Als ik een enorme vergissing bega
wil ik het niet weten.
1:09:39
Je begaat geen vergissing.
1:09:53
Weet je, als barkeepster
1:09:54
leer je wel klanten herkennen
die behoefte hebben om te praten.