:49:12
Heb je je broer gevonden?
:49:26
Het ging net weer goed met me.
:49:31
Echt goed.
:49:35
Ik weet het, mama.
:49:55
Heb je je broer gevonden?
:50:03
Zeg dat hij naar huis moet komen.
:50:07
Zeg dat ik niet kwaad ben.
:50:55
Heb je haar je excuses aangeboden?
- Natuurlijk.