Indringer, De
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:01:03
Er moet iemand gaan kijken...
:01:08
Het was zijn schuld, hij reed
veel te snel. Ik kon niks doen.

:01:17
Die chauffeur zit nog bekneld.
- Wacht.

:01:20
De brandweer is onderweg.
Wat denk je?

:01:23
Daar gaan we niet op wachten.
:01:37
Halskraag.
:01:54
Je overuren.
:01:56
Ik heb ze al ingevuld.
- Dank je.

:01:59
Zal ik kijken hoe het
met die chauffeur gaat?

:02:02
Bel me maar, ik ga weg.
:02:05
Geen borrel meer?
- Nee, m'n dochter wacht.

:02:08
Je kunt haar bellen.
Dat vindt ze vast niet erg.

:02:11
Maak het niet te persoonlijk.
- Dat is het wel.

:02:14
Alleen met jou
neem ik zo'n risico als net.

:02:20
Ik mag 't toch proberen?
- Tot morgen.

:02:51
Hoe vaak heb ik dat
nou al niet gezegd?

:02:54
Heb je mij gemist?
:02:56
Leugenaar.
Ik heb jou wel gemist.

:02:59
Hup, tanden poetsen en naar bed.

vorige.
volgende.