:42:00
Wat lief dat je dat zei.
:42:02
Waar ben ik mee bezig?
:42:05
Waarom ben ik hier?
:42:08
Je bent hier omdat je triest en eenzaam bent.
:42:12
Wanhopig.
:42:15
Je hebt iemand, iets,
:42:18
alles nodig om je te vullen.
Elke haven in een storm.
:42:23
Ik vroeg me af waarom ik hier was, niet jij.
:42:25
Wat is mijn verhaal?
:42:28
Jouw verhaal is...
:42:32
je bent goed en uit vorm.
:42:36
Nijdig, zo nijdig heb ik nog nooit
een vrouw gezien.
:42:51
Wat?
:43:37
Het is een speciale dag voor haar.
Dus wees aardig.
:43:40
Ze is opgewonden dat
jij hem kunt ontmoeten.
:43:41
Echt waar?
:43:42
Hoe opgewonden kan ze zijn?
Ze kent hem al drie jaar.
:43:45
En is ze verliefd?
:43:47
En ik hoor dit pas vandaag?
- Wees aardig.
:43:50
Dat zit niet in mijn natuur.
Waarom haat ze me zo erg?
:43:53
Ze haat je niet,
ze vindt alleen dat hij stom is.
:43:56
Zij vindt hem stom?
Ik dacht dat ze van hem hield.
:43:59
Nee, ze denkt dat jij denkt dat hij stom is.