1:43:00
Het is tijd voor die vergadering.
1:43:03
Geef hem wat hij wil.
1:43:06
Ik weet zeker dat het
hem heel blij maakt.
1:43:24
Ik weet dat je er nog bent.
1:43:27
Ik voel dat je aan je doodgaan bent.
1:43:30
Ik hoor je nadenken.
1:43:32
Vragend om informatie.
1:43:36
Nu wil hij alles rechtzetten?
1:43:38
Het wordt hier te klein
voor ons beiden?
1:43:42
Nou, ik geef je geen ongelijk.
1:43:44
De muren komen op je af.
1:43:47
Geen eten.
Niet vandaag, zonneschijn.
1:43:51
Je ogen zijn open, maar
het restaurant is gesloten.
1:43:54
Kom op, ga ervandoor
1:43:57
Vind iemand anders om
je zakken te vullen.
1:44:00
Iemand, die jou niet
ziet aankomen.
1:44:03
Of niet merkt dat je er bent.
1:44:11
Jij denkt zeker dat ik
een slecht persoon ben.
1:44:13
Jij denkt zeker dat ik een
slecht persoon ben, niet?
1:44:17
Rachel, kijk me eens aan lieverd.
1:44:25
Ik ken jou spel, ik zie jouw spel.
Ik ben jouw spel.
1:44:31
Rachel, kijk eens naar mij lieverd.
1:44:37
Je speelt niet volgens
de regels Mr Green.
1:44:41
Vind je het leuk om stomme spelletjes
te spelen met mijn gedachten?
1:44:45
Nietwaar?
1:44:50
Ik ben een overlever.
1:44:52
Huilebalk, mietje, stuk stront.
Houd je kop en laat me met rust.
1:44:55
Hou je kop en laat me met rust.
1:44:58
Hij koos zijn schuilplaats
heel zorgvuldig.