:51:11
Hou toch op dat gedoe.
:51:13
Sorry. Weet je, dit is voor het eerst
in jaren dat ik paardjerij.
:51:19
Dit is geen paardjerijden.
:51:20
- Natuurlijk wel.
- Je bent gek.
:51:23
Ik weet nog goed
hoe ik met mijn vader paardjereed.
:51:26
- Droeg hij je zo ?
- Ja.
:51:28
Je vader weet niet hoe het moet.
:51:32
Mijn oom heeft vier kinderen.
Ik heb ze zien paardjerijden.
:51:36
In jouw familie kan vast niemand
goed paardjerijden.
:51:38
Ik ken geen enkele rijke man
die kan paardjerijden.
:51:42
Je bent bevooroordeeld.
:51:45
Laat me er een zien.
Ik laat je een echt mens zien.
:51:47
Neem Abraham Lincoln nou.
Hij was een natuurtalent.
:51:51
Hoe durf je
met die opgeblazen familie van je ?
:51:56
Mijn vader kon het heel goed.
:51:59
Hier, hou dit even vast.
:52:05
Dank je.
:52:11
Hoe lang moeten we nog ?
Mijn voeten doen pijn.
:52:28
Dit lijkt me de beste plaats.
:52:30
We gaan toch niet hier buiten slapen ?
:52:33
Ik weet niet wat jij doet,
maar ik ga zoiets doen.
:52:38
Wat ?
:52:39
Ik heb ontzettende honger.
:52:41
Het is je verbeelding maar.
:52:43
Niet waar.
:52:45
Ik ben hongerig en bang.
:52:48
Je kunt niet hongerig en bang tegelijk zijn.
:52:50
Ik wel.
:52:52
Als je bang bent, gaat je honger weg.
:52:54
Niet als je honger groter is dan je angst.
:52:56
Oké, jij wint. Laten we erover ophouden.