:20:13
	Hoe heet je?
:20:15
	Maria. En jij?
:20:18
	Roberto.
:20:23
	Ben je hier al lang?
:20:27
	Zo lang.
:20:30
	Orie maanden. Ze hebben me
in Valladolid geschoren.
:20:33
	Ze brachten me met de trein naar 't
zuiden. - Pablo blies 'm de lucht in.
:20:38
	Veel mensen werder weer gegrepen,
maar mij redden ze,
:20:42
	Pilar en zij. - Zij was weggerend en
had zich in de rotsen verstopt.
:20:48
	Je had haar moeten zien!
:20:51
	Ze was helemaal kaal
en huilde de hele tijd
:20:54
	en als iemand haar aanraakte,
rilde ze als een natte hond.
:20:59
	Man, ze was echt lelijk!
- Oat kun je wel zeggen,
:21:03
	hoewel zigeuners meestal liegen.
Ze zag eruit als een verzopen kat.
:21:13
	Blaas jij treinen op?
- Heb ik gedaan.
:21:17
	Hier?
- Nee, in Extremadura.
:21:28
	Over 6 maanden is 't weer normaal.
:21:44
	Ben jij zijn vriendin?
- Van Pablo?
:21:48
	Je hebt Pablo toch gezien.
:21:51
	Ik heb Rafael ook gezien.
- Nee... Nee, geen zigeuners.
:21:57
	Zij is een merkwaardige vrouw.
Ze is met niemand samen.