For Whom the Bell Tolls
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:07:05
Let niet op hem. Hij is dronken.
1:07:08
Maak m'n veters vast, Maria.
1:07:19
Ben jij echt dronken?
- Waarom niet?

1:07:22
Toch moet je op je woorden letten.
1:07:34
Houdt er niemand de wacht boven?
- In deze storm?

1:07:37
Geen soldaat gaat nu de bergen in.
1:07:41
Pilar, geef me iets te eten!
1:07:48
Wijn, Engelsman?
1:07:50
Lk dacht dat ik Roberto was. - Met de
anderen erbij noem ik je Engelsman.

1:07:55
Roberto?
1:07:57
Oon Roberto!
1:08:01
Hoe is het met Oon Roberto?
- Goed, Oon Pablo. En met Bacchus?

1:08:07
Wie is Bacchus?
1:08:10
Oie is toch altijd bij je?
1:08:13
Lk ken hem niet.
1:08:16
Jij zegt gekke dingen, Engelsman.
- Tuurlijk. Ik ben zo'n gekke jongen.

1:08:21
Let maar niet op hem, hij is dronken.
- Vertel eens, Engelsman,

1:08:25
waarom vecht jij voor onze republiek?
1:08:32
Een man vecht voor waar hij in ge-
looft, Fernando. - In z'n eigen land.

1:08:38
Misschien heb jij het gevoel
dat ik me met jullie zaken bemoei,

1:08:42
maar dat vind ik niet.
Hier vechten niet alleen Spanjaarden.

1:08:48
Hier vechten Ouitsers en Italianen
en aan de andere kant Russen,

1:08:51
en de Spanjaarden zitten ertussen.
Oe nazi's en de fascisten

1:08:56
zijn tegen democratie
en tegen communisme.


vorige.
volgende.